Page 27

Farmaceutisch_Tijdschrift_van_Belgie_nr_3_september

toe om te besparen op de resten van niet-gebruikte flacons. Maar het eerste criterium is een interne evaluatie in elk productiecentrum en werd geanalyseerd met behulp van de bereidingsstatistieken in het UCRC. Voor de fysisch-chemische stabiliteit was een overzicht van stabiliteitsstudies noodzakelijk, waaruit verschillende werken en referentielocaties werden gehaald 25-29. De geselecteerde stoffen na deze eerste fase zijn carboplatine, cetuximab, cisplatine, cyclofosfamide, doxorubicine, 5-fluorouracil, gemcitabine, oxaliplatin, paclitaxel, rituximab, trastuzumab en vinorelbine. 3.2. Inventarisatie en praktische analyse van voorschriften De inventarisatie van de voorschriften van de geselecteerde stoffen werd uitgevoerd aan de hand van een retrospectieve analyse van de productie van chemotherapie over een periode van zes maanden, van 1 juli 2012 tot 31 december 2012. De gegevens werden opgehaald met behulp van de software Cytosoft® 22. De voorschriften voor klinische studies werden uitgesloten. Daarna werd een praktische analyse van de verzamelde voorschriften uitgevoerd en werd elke stof gecodeerd in een Excel-tabel met bepaalde kenmerken, waaronder de algemene internationale benaming, de handelsnaam en de verpakkingen in de handel, de fysisch-chemische stabiliteit na reconstitutie en het hiervoor gebruikt diulent (Bijlage 1). In deze tabel staat ook de codering van elke geleverde dosering en de herhaling. Zo krijgen we een zicht op de meest voorgeschreven doseringen. 3.3. Bepaling van de «gestandaardiseerde afgeronde doseringen» Voor elke stof werden de SRD’s bepaald voor de meeste doseringen die we bij de retrospectieve analyse hebben gevonden. Deze weerspiegelen de kenmerken van de populatie en de werking van het ziekenhuis. Farmaceutisch Tijdschrift voor België – 95ste jaargang nr. 3 - september 2015 27 In een eerste analyse werd rekening gehouden met een maximale 4. Resultaten Er werden 3.506 bereidingen geanalyseerd met de eerder geselecteerde 12 stoffen. De kenmerken van deze analyse zijn samengevat in Tabel 1. Deze tabel toont het totaal aantal verschillende doseringen en de verdeling ervan volgens diluent wanneer verschillende diulenten kunnen worden geanalyseerd. De meest voorgeschreven stof in de instelling is 5-fluorouracil met 507 bereidingen in de loop van de zes maanden; er werden 87 verschillende doseringen gemeld met een minimale dosering van 468 mg en een maximale dosering van 7840 mg. Per week werden dus bijna 20 bereidingen van 5-fluorouracil geproduceerd in de UCRC, met vijf verschillende containers, de luer-lockzak van 100 ml van NaCl 0,9% van bij Macopharma, de luer-lockzak van 1000 ml glucose 5% van bij Macopharma, of de draagbare infusiesystemen Easypump 100-48, 270-132 of 100-200 van bij B. Braun. Figuur 2 en Tabel 2 illustreren de praktische analyse van voorschriften met als voorbeeld de analyse van 271 gemcitabinebereidingen. De meest bereide doseringen zijn die van 2000 mg (n = 44), 1840 mg (n = 20) en 1920 mg (n = 17). Uit deze resultaten kunnen we de SRD’s zoeken die mogelijk standaardiseerbaar zijn volgens een interval van ±5%. De eerste geselecteerde standaardiseerbare dosis is 2000 mg. Met een maximale afwijking van ±5%, of ±100 mg omvat het dosisinterval bereidingen waarvan de dosering varieert van 1900 mg tot 2100 mg. Dat komt overeen met 31% van de bereidingen van gemcitabine in de loop van de zes maanden, ofwel 84 zakken. De andere gekozen SRD’s zijn 1600 mg en 1800 mg, respectievelijk 12% en 29% van de geproduceerde bereidingen. Samengevat kunnen voor gemcitabine drie SRD’s worden voorgesteld met een standaardafwijking van ten hoogste 5%, die 72% van de bereidingen omvatten variatie van de aanpassing van ±5%. Vervolgens werden een tweede en een derde analyse uitgevoerd met een standaardafwijking van ±7% en ±10%. Daarna werden de gestandaardiseerde doseringen bepaald volgens een precies volume en een gemakkelijk af te nemen volume. De analyse omvatte eveneens de verschillende containers die voor dezelfde stof kunnen worden gebruikt. Voor doxorubicine kan dit bijvoorbeeld zowel 100 ml NaCl 0,9% of 100 tot 250 ml glucose 5% 30 zijn. Wanneer de uiteindelijke concentratie van het cytostaticum geen beperkende factor is, werd de analyse tegelijk uitgevoerd op de som van alle volumes, maar ook rekening houdend met elke container afzonderlijk. Voor elke geselecteerde stof is het uitgangspunt de meest voorgeschreven dosering en vervolgens, afhankelijk van het gekozen interval (±5%, ±7% of ±10%), de bepaling van de andere SRD’s die ook gelden voor de meeste andere voorgeschreven doseringen in het ziekenhuis. In de praktijk zijn de belangrijkste punten voor de selectie van de SRD’s de dosering/m2, het bereik van de geselecteerde standaardafwijking (±5%, ±7% of ±10%), de concentratie van de verschillende bestaande formuleringen voor de stof (mg/ml) en de precisie van de voor de bereiding gebruikte injectiespuit 15. 3.4. Selectie van kandidaat-stoffen voor standaardisatie Voor deze laatste stap was het noodzakelijk om criteria te bepalen voor de selectie van stoffen die al dan niet aan de kenmerken beantwoorden voor een mogelijke standaardisatie. In de literatuur wordt de standaardisatie als voordelig beschouwd in termen van productiviteit als de stoffen aan drie criteria voldoen 14,31: -- een percentage standardiseerbare doseringen hoger dan of gelijk aan 60%, -- maximaal vijf SRD’s voor één stof, -- minimaal een aflevering per week om de omloop van loten te garanderen. Onderzoek


Farmaceutisch_Tijdschrift_van_Belgie_nr_3_september
To see the actual publication please follow the link above